Zaterdag is het tijd om de patiënten te
bezoeken. 's Ochtends vroeg worden we opgehaald in ons hotel door Yonathan, een
van de tandartsen van het Lakipadada ziekenhuis in Makale. Na wederom
ontzettend vriendelijk onthaald te zijn, gaan we aan de slag. Voorzichtig
worden de pleisters met water losgeweekt en de verbandjes vervangen. Bij de
patiënten met de gesloten verhemeltes mag 'de obturator' er uit, welke met wat
kleine hechtingen vast zit. De obturator zorgt ervoor dat het verhemelte na
behandeling onaangetast blijft voor de eerste dagen, het is een soort bitje. De
meeste kinderen zijn lief en rustig, maar er zitten ook wat echte monstertjes
bij! Tussen de schisis-patiënten door worden door de MKA-chirurg in opleiding,
dr. Zeitun, nog wat regulier geplande extracties uitgevoerd. Waarom niet?
Als we alle schisispatienten hebben gezien is Yonathan erg enthousiast en hij wil ons graag wat dingen van zijn stadje laten zien. Hij neemt ons mee naar Londa, een natuurlijke gebergte waar grotten in gesleten zijn door de kracht van water en waar meerdere families hun overledenen heen brengen om te rusten. Ook hier zien we de grafkisten die gestapeld liggen en met palen in de muur worden vastgehouden, wat een gezelligheid.. We kletsen nog even wat met Yonathan. Het was ons al vrij snel duidelijk dat hij erg gelovig christelijk is en hij vertelt ons dat hij vindt dat de Nederlanders ooit vooral goede dingen hebben gebracht: de wegen, de scholen en het Christendom. Later horen we van Feri, onze gids, dat er ook wel veel van het oude Toraja-geloof verloren is gegaan door de komst van het Christendom. Zo mochten de mensen slechts nog geloven in 1 god, waar het traditionele Toraja-geloof meerdere goden kent en tevens oppert dat alles een ziel heeft. Yonathan brengt ons na Londa terug naar het hotel waar we nog wat werken aan de scriptie.
Als we alle schisispatienten hebben gezien is Yonathan erg enthousiast en hij wil ons graag wat dingen van zijn stadje laten zien. Hij neemt ons mee naar Londa, een natuurlijke gebergte waar grotten in gesleten zijn door de kracht van water en waar meerdere families hun overledenen heen brengen om te rusten. Ook hier zien we de grafkisten die gestapeld liggen en met palen in de muur worden vastgehouden, wat een gezelligheid.. We kletsen nog even wat met Yonathan. Het was ons al vrij snel duidelijk dat hij erg gelovig christelijk is en hij vertelt ons dat hij vindt dat de Nederlanders ooit vooral goede dingen hebben gebracht: de wegen, de scholen en het Christendom. Later horen we van Feri, onze gids, dat er ook wel veel van het oude Toraja-geloof verloren is gegaan door de komst van het Christendom. Zo mochten de mensen slechts nog geloven in 1 god, waar het traditionele Toraja-geloof meerdere goden kent en tevens oppert dat alles een ziel heeft. Yonathan brengt ons na Londa terug naar het hotel waar we nog wat werken aan de scriptie.
Zondag zou een vrije dag moeten zijn, maar
Feri sms’t ons wakker dat de beroemde markt: “Pasar Bolu”, op deze zondag is.
Anders dan op maandag, zoals ons was verteld. De markt staat bekend om zijn
variëteiten, grootte en drukte. Dus we worden vrij snel opgepikt om naar Pasar
Bolu te gaan. Eerst komen we langs de dames met pepertjes, tomaten, uien,
knoflook, Belanda Eggplant, rijst en nog veel meer andere kruiden, groenten en
fruit. Dan zien we de eerste buffel staan: een mooie, met blauwe ogen en blanke
hoorns. De markt is enorm, honderden buffels staan klaar om verkocht te worden,
andere voor de show. We wandelen wat rond maar doen soms even een stapje opzij;
Als zo'n enorm beest een trap geeft of op je tenen gaat staan is het einde
reis! Daarna komen we bij de varkens. We worden begroet met luid geschreeuw van
een behoorlijk vet exemplaar dat op een scooter wordt gebonden. Waar de buffels
vaak redelijk vrij konden bewegen liggen de varkens hier vastgebonden op
bagagedragers van bamboe te wachten op hun koper. Als we vragen of ze dit wel
prima vinden geeft een van de verkopers een tik op de bips van een van de varkens
die daarna een luide gil geeft. ‘Zo checken ze of de varkens gezond zijn’, zegt
Feri. Als het varken niet schreeuwt is hij waarschijnlijk ziek. Even verderop
zijn er gelukkig wel nette stallen gemaakt waar ze knus met z'n allen liggen te
slapen. Toen waren we de geur wel weer even zat, tijd voor een ander gedeelte
van de markt! Hier komen we bij het gedeelte waar de vis wordt verkocht.
Levend, want dat brengt meer geld op dan wanneer ze al dood zijn. Hele schalen
vol spartelende vissen, bassins met een klein laagje water, net genoeg om de
vissen nog half in leven te houden. Het is behoorlijk wennen voor ons als
redelijk dierbewuste Europeanen, maar hier is dit normaal.. Daarna komen we bij
de enorme markt voor gedroogde vis, kleding, nog meer fruit, groenten en
kruiden en houtsnijwerk, kapmessen en op het laatst bij de kippen. Of beter
gezegd: hanen! Gevechtshanen wel te verstaan. Hier wordt af en toe een
mini-haan-gevechtje gehouden om te kijken of de hanen agressief zijn of niet,
en dus hoeveel ze waard zijn om te verkopen als gevechts-haan. Inmiddels staat
de zon hoog aan de hemel en ligt de temperatuur tussen 35 en 40 graden, dus
besluiten we wat te eten in een nabijgelegen restaurant. Als laatste uitstapje
van de dag gaan we naar een van de baby-trees. Het is een eindje rijden, maar
dat is het absoluut waard; wat een prachtig gezicht en prachtige gedachte:
wanneer een pasgeborene (die nog geen tandjes heeft!) dood gaat of dood is
geboren, wordt er een luikje gemaakt in een bepaald type boom waar deze baby in
wordt gelegd. Daarna sluiten ze dit af met 'haar' van de palmboom waarna de
boom weer langzaam dichtgroeit. De Toraja's doen dit omdat men gelooft dat de ziel
van de baby mee groeit met de ziel van de boom. Vooral voor mensen die al
eerder miskramen of doodgeboren baby’s hebben gehad is het belangrijk; hopelijk
zal dit de volgende baby beschermen, en zal deze langer leven. Er zijn nog vele
families, aanhangers van het traditionele Toraja-geloof, die deze traditie doen
voortleven. Na deze indrukwekkende boom te hebben kunnen bewonderen lopen we
nog even naar rond in het gebied, om hier in een echt bewoond traditioneel
Toraja-huis te mogen kijken. Er staat een TV en de slaapkamer is al opgemaakt,
maar het is niet erg luxe. Gelukkig staat er nog een huis naast waar de mensen
meestal slapen en leven, wanneer ze wat meer ruimte nodig hebben. Na nog wat
foto's met de bewoners (want ook hier worden graag weer foto's gemaakt met de
'bule') is het tijd om naar huis te gaan. Uitgeput, maar morgen een dagje rust!
Na een dagje enorm genieten van rust, verse
fruitsapjes en het luxe zwembad van het mooiste resort van Toraja is het tijd
om de patiënten voor de laatste keer te zien en de vragenlijsten af te nemen.
Naar onze verbazing komen alle patiënten opdagen en worden vakkundig de
vragenlijsten afgenomen door Yonathan die de lokale taal spreekt. Lawrence
neemt de tijd voor zijn controles; de wond, de hechtingen, etc. De patiënten
bedanken ons uitgebreid voor onze expertise en vertrekken met een grote
glimlach, back to the jungle. Na een heerlijk diner ’s avonds stappen we met
z’n 2-en op de nachtbus (bedrijfsnaam Bintang-Prima), terug naar Makassar. De
buschauffeur heeft haast. Hoewel hij z’n toeter met rust laat scheurt hij langs
ravijnen, neemt scherpe bochten met een noodvaart en moet af en toe hard remmen
voor een tegenligger. Hoewel slapen beter is dan steeds deze diepe donkere
ravijnen aan je voorbij te zien trekken lukt dat maar half. ’s Morgens om 5.30
komen we aan in Makassar waar onze dokter op ons staat te wachten. Als we in de
auto zitten wordt ons medegedeeld dat er vandaag weer wat leuke chirurgische
behandelingen op het programma staan, waaronder behandeling van een schisis
patiënt met behulp van een bottransplantaat.
Na een frisse douche besluiten we om ons niet
te laten kennen en toch mee te gaan met de operatie. Ook omdat we onze nieuwe
huisgenote een beetje willen leren kennen. Bij het ontbijt ontmoeten we haar:
een jonge kaakchirurge uit Duitsland, Hamburg om precies te zijn, die afgelopen
jaar bezig is geweest met een speciaal curriculum om extra ervaring op te doen
op het gebied van schisisbehandelingen. Jill Knips komt over als een
zelfverzekerde dame, die inmiddels soms genoeg heeft van ‘spelletjes’ die de Indonesische mensen soms
spelen. Waar wij ons netjes houden aan het eten wat ons wordt voorgeschoteld
heeft ze de koelkast volgepropt met brood, kaas en bier. Wat voor ons toch
stiekem ook wel een beetje relaxed is, want de Bintang in Toraja smaakte ons
goed! De behandelingen verlopen goed, maar alles loopt uit. Waar we van plan
waren weer vroeg naar huis te gaan om wat slaap in te halen zijn we pas om 7
uur ’s avonds thuis, net op tijd voor het avondeten. Daarna besluiten we een
filmpje te kijken en vroeg te gaan slapen. Wie weet wat morgen brengt?
Donderdag en vrijdag zijn we vrij, er staan
geen operaties gepland. Uiteraard gebruiken we deze vrije dagen om wat bij te
komen, aan onze scriptie te werken en om onze nieuwe huisgenote te leren
kennen, waarbij het bier rijkelijk vloeit en onze huisgenote het duidelijk
waardeert dat ze eindelijk in een omgeving is waar men goed Engels spreekt. De
rest van het weekend vullen we zelf in. Waar Amanda soms met Fitri afspreekt om
pizza en Italiaanse desserts te lunchen, gaat Lawrence met een grote groep
studenten zaalvoetballen.
Zoals jullie lezen hebben we niets te klagen
en begint onze scriptie eindelijk vorm aan te nemen, maar we hebben nog een lange weg te gaan!
No comments:
Post a Comment